Regelmatig voer ik discussies met mensen die van mening zijn dat het gebruik van voedingssupplementen (in meer of mindere mate) onzin is. Het valt me dan iedere keer op dat de ideeën die mensen hierover hebben vaak een beetje hetzelfde thema hebben. Zo heb je de ‘je-plast-het-er-toch-allemaal-weer-uit’-mensen, of de ‘als-je-gezond-eet-krijg-je-alles-sowieso-binnen’-mensen. Maar wat is nu de waarheid?
Stelling 1: Je plast het er toch allemaal weer uit… toch?
Tegen deze groep leg ik uit dat dit in feite geldt voor vrijwel alles wat wij eten en drinken. Als je bijvoorbeeld meet hoeveel water je op een dag drinkt, zal je zien dat je ongeveer evenveel uitplast. Betekent dit dat het zinloos is om water te drinken? Nee. Want op de route van mond naar blaas liggen heel wat tussenstations. Bekijk maar eens een foto waarop je de binnenkant van het menselijk lichaam ziet, met de organen en het bloedvatenstelsel, en je ziet vanzelf wat ik bedoel. In feite bewijst het feit dat een stof wordt uitgeplast juist dat hij goed is opgenomen. Iets kan immers pas in urine worden afgescheiden nadat het eerst door het bloed is opgenomen en door alle cellen, weefsels en organen (inclusief nieren) is gecirculeerd.
Stelling 2: Als je gezond eet krijg je alles sowieso binnen… toch?
Mijn antwoord op deze tweede stelling is tweeledig. Deel één luidt ongeveer als volgt: uit onderzoek is gebleken dat maar 10% van alle vrouwen en 6% van de mannen in België aan de aanbevolen 200 gram fruit per dag komt. Wat de groenten betreft, is het nog treuriger: maar 5% van de mannen lukt het om die luttele 150-200 gram groenten binnen te krijgen die geadviseerd wordt. En hoe zit het met de visvetzuren die zo belangrijk zijn voor hart, bloedvaten en hersenen? Volgens de officiële cijfers eet maar liefst 80% van de volwassenen minder vaak vis dan wordt aangeraden. Ondanks deze harde cijfers is het merendeel van de Belgen overtuigd dat ze ‘best wel gezond eten’.
De British Journal of Nutrition publiceerde in 2014 een onderzoek waarin zij aangeven dat, ondanks herhaalde aanbevelingen om meer groenten en fruit te eten, de wereldwijde consumptie hiervan toch nog steeds erg tegenvalt. Ook waarschuwen zij voor de gevolgen hiervan.
Maar goed, stel nu dat je een van die zeldzame mensen bent die toevallig wél dagelijks bergen groenten en fruit eet, zit je dan helemaal goed wat je vitamientjes betreft? Zijn die voedingssupplementen voor jóu dan overbodig?
Ook de broccoli is wat ie eet
Zo begint ongeveer de rest van mijn reactie op stelling twee. Het gaat hier om het gehalte aan voedingsstoffen in de groenten en fruit die wij tegenwoordig eten. Kijk, ook een stronk broccoli is wat ie eet, toch? Als wij die broccoli eten, krijgen wij in principe dezelfde stoffen binnen. Die stoffen haalt de broccoli weer uit het stukje grond waarin hij is geteeld. Je hoeft geen genie te zijn om te snappen dat alles wat dus níet in dat stukje grond zit, ook niet in dat stuk broccoli op je bord kan zitten.
Een combinatie van factoren hebben er voor gezorgd dat de planten die wij nu eten minder bouwstoffen bevatten dan de planten die onze grootouders aten. Denk aan massaproductie, het gebruik van kunstmest en pesticiden of een verminderde diversiteit (monocultuur) van de fruit- en groentesoorten die nu geteeld worden. Dit alles en meer heeft er toe geleid dat het de vraag is of, zelfs wanneer je een grootverbruiker bent van groente en fruit, je wel echt voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt. (Meer weten over dit thema? Lees dan zeker ook dit artikel)
De Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid
Misschien is het een goed idee om hier even duidelijk te maken dat ik onderscheid maak tussen ‘voldoende’ en ‘optimaal’. De Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid (ADH) is ooit door gezondheidsinstanties opgesteld om per voedingsstof aan te geven hoeveel van een vitamine of mineraal ‘voldoende’ is om gebrekziekten te voorkomen.
Dit is echter iets anders dan de hoeveelheid die ons lichaam nodig heeft om ‘optimaal’ gezond te zijn! Deze optimale hoeveelheid verschilt per voedingsstof en ook per individu maar ligt hoe dan ook hoger dan de basishoeveelheid.
Ook definieer ik ‘voedingsstoffen‘ en ‘voedingssupplementen’ veel breder dan alleen vitaminen en mineralen. Een optimale voeding levert niet alleen deze essentiële stoffen, maar ook een heel scala andere onmisbare bestandsdelen. Denk bijvoorbeeld aan het omega-3-vetzuur DHA uit vette vis, lycopeen uit o.a. tomaten, flavonoïden uit groente en fruit of laurinezuur uit kokosolie, om er maar een paar te noemen. Deze kun je zowel met je dagelijkse voeding als met supplementen aanvullen. Maar liefst met een combinatie van beide.
Gereedschapskistje
Ook tijdens bepaalde perioden kan je lichaam wat extra ondersteuning gebruiken. Rondom de zwangerschap- en borstvoedingsperiode is het bijvoorbeeld een goed idee om extra DHA en foliumzuur te nemen. Of tijdens het griep- en verkoudheidsseizoen. Ons immuunsysteem heeft, net als alles in ons lichaam, voldoende van de juiste bouwmaterialen en gereedschappen nodig om te doen wat het hoort te doen, namelijk ons verdedigen tegen ziekte. Voedingsstoffen als vitamine C, vitamine D en zink horen in het gereedschapskistje van ons immuunsysteem te zitten. Onder andere vanwege hun antivirale werking. Daarnaast kun je gebruik maken van bepaalde plantenstoffen die de natuur ons biedt. Zo maakt een plant als Echinacea van nature allerlei stoffen aan die door de plant gebruikt worden om zichzelf tegen bacteriën, schimmels en virussen te verdedigen. Het mooie is dat deze plantenstoffen óók heel goed door het immuunsysteem van de mens gebruikt kunnen worden tegen infecties.
Extra voedingsstoffen kun je met een combinatie van supplementen en bewuste voedingskeuzes aanvullen. En je immuunsysteem hou je op peil dankzij je dagelijkse portie Echinaforce! Makkelijk, toch?
Dit artikel is geschreven door Sundriya Grubb.
Sundriya is voedingsdeskundige en natuurgeneeskundige en al lange tijd werkzaam bij A.Vogel als trainer en gezondheidsspecialist.
