Schrijf je goede voornemens op een lijstje
Denk eerst en vooral goed na over je goede voornemens. Stel haalbare en realistische doelen op en kies er niet te veel. Zo zakt je de moed niet onmiddellijk in de schoenen en kan je focussen op de belangrijkste zaken. Verwoord je voornemens daarnaast op een positieve manier. Denk ook na over de gevolgen van je doelen. Op die manier weet je waaraan je begint en ben je voorbereid op moeilijke momenten. Al deze elementen zorgen ervoor dat je motivatie verhoogt en de kans op opgeven daalt.
Heb je je goede voornemens gekozen? Schrijf ze dan op een papier en hang of leg het op een zichtbare plaats. Zo word je er regelmatig aan herinnerd. Licht ook je vrienden en familie in, want zij kunnen je motiveren en stimuleren om niet op te geven.
Start onmiddellijk met je voornemens
Stel het uitvoeren van je voornemens niet uit, maar neem onmiddellijk actie. Maak van je voornemens concrete doelen. Zeg niet ‘ik ga gezonder leven’, maar bepaal hoeveel kilo je wil afvallen en hoe je je voedingsgewoontes gaat omgooien. Stel daarbij een planning of schema op. Plan je dagen zodat je elke dag tijd genoeg hebt om te bewegen. Wacht daarbij niet met je inschrijving in een sportclub of fitnessclub en gebruik elk vrij moment om te bewegen.
Verhoog je motivatie
Het is koud, ik ben moe, ik heb vandaag geen zin,… er zijn genoeg excuses die je kan verzinnen om niet te moeten sporten of je niet aan je dieet te houden. Goede voornemens volhouden is dan ook een grote uitdaging. Zoek daarom naar elementen die je motivatie verhogen. Geef jezelf bijvoorbeeld een beloning na een inspanning. Hou het gezond en grijp niet naar een zak chips of koekjes. Ben je gaan sporten? Spreek daarna dan bijvoorbeeld met vrienden af.
Pas daarnaast ook je omgeving aan je voornemens aan. Koop bijvoorbeeld geen chips meer wanneer je op dieet bent. Lukt het niet alleen? Vraag hulp! Ga samen met een vriend sporten, start samen een dieet, stop op hetzelfde moment met roken,… Je kan elkaar aanmoedigen om het doel te halen en niet op te geven.
Heb je toch eens gezondigd of een sigaretje opgestoken? Geef de moed dan niet op, maar begin gewoon opnieuw!
